Welkom op de projectwebsite van Kistos ten aanzien van het beoogde project voor het opsporen, ontwikkelen en produceren van gas in mijnbouwblok M11. Deze website is opgesteld om belanghebbenden en geïnteresseerden te informeren over het project.
De huidige energiemix heeft op dit moment een te grote impact op natuur en klimaat. Mede daarom heeft de Nederlandse overheid het doel gesteld om vanaf 2050 zoveel mogelijk gebruik te maken van groene en duurzame energiebronnen, zoals windmolens en zonnepanelen. Het gaat echter nog tientallen jaren duren voordat er voldoende duurzame energie beschikbaar is voor de Nederlandse energiebehoefte. De Nederlandse regering heeft daarom bepaald dat het ontwikkelen en produceren van kleine gasvelden in de Noordzee bijdraagt aan de leveringszekerheid van onze binnenlandse energiebehoefte. Aardgas is een relatief schone energiebron. Het zorgt weliswaar voor CO2-uitstoot, maar veel minder dan bijvoorbeeld bij steenkool of aardolie. Daarom heeft aardgas een voorkeur als transitiebrandstof, totdat er genoeg groene energie beschikbaar is.
Figuur I-1. Energiebehoefte en energieproductie tot 2050
Nederland produceert de laatste jaren minder aardgas uit eigen bodem, door het afbouwen van de winning in Groningen. Daarom komt er op dit moment veel aardgas, olie en steenkool uit het buitenland, met name uit Noorwegen en Qatar. Aardgas uit Nederlands gas heeft voordelen ten opzichte van buitenlands gas. Aardgas dat in Nederland is geproduceerd is namelijk duurzamer en efficiënter dan buitenlands gas. Buitenlands gas moet door kilometerslange pijpleidingen worden aangevoerd, of vloeibaar gemaakt worden door gecompliceerde energie intensieve fabrieken om vervolgens met grote schepen vervoerd te worden. Daarnaast wordt door gebruik te maken van eigen gas de afhankelijkheid van andere landen minder, de inkomsten blijven voor een groot gedeelte in Nederland zodat die bijvoorbeeld benut kunnen worden voor de bouw van installaties die nodig zijn voor een volledig alternatieve energievoorziening. Onder de Noordzee liggen nog veel kleine gasvelden die een flink deel van de energiebehoefte kunnen vervullen. Gaswinning uit de vele kleine velden onder de Noordzee kan dus een redelijke bijdrage leveren aan de energiebehoefte in de transitiefase, en het verminderen van de afhankelijkheid van buitenlands gas, het voordeel is ook dat dan gebruik gemaakt kan worden van bestaande installaties en pijpleidingen.
Figuur I.2. Binnenlands gas ten opzichte van andere alternatieven
Kistos Nederland. is een dochteronderneming van het Engelse Kistos plc. Energiebedrijf Kistos richt zich in Nederland op het opsporen, ontwikkelen en produceren van gas op de Noordzee. Het doel van Kistos is om in de energievoorziening te voorzien tijdens de energietransitie naar groene energie. Hierbij wordt Nederlands gas voor binnenlandse gasconsumptie op de Noordzee gewonnen met een zo laag mogelijke CO2-uitstoot. Kistos werd in 2020 opgericht en nam in 2021 het Nederlandse bedrijf Tulip Oil over. Tulip Oil startte in 2010 met het opsporen en winnen van aardgas in het Nederlandse deel van de Noordzee. Het uitgangspunt van Kistos is om gas te produceren met een zo laag mogelijk CO2-voetafdruk en op die manier een bijdrage te leveren aan de energietransitie.
Kistos heeft een opsporingsvergunning gekregen van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) voor het zogenaamde mijnbouwblok M10/M11, waarmee Kistos het alleenrecht heeft om gas op te sporen binnen een afgebakend gebied in de Noordzee. Kistos wil indien er daadwerkelijk winbare hoeveelheden aardgas aanwezig zijn een winingsvergunning aanvragen om aardgas te winnen uit het aardgasveld M11. De precieze locatie is weergegeven in de afbeelding.
M10/M11 zijn geschikt voor gaswinning, omdat de velden onder andere goed te bereikbaar zijn. Ook is er al bestaande infrastructuur dichtbij de velden, dat zorgt voor minder inspanning dan bijvoorbeeld gaswinning uit gasvelden verder op zee of uit diepere gasvelden.
Kistos richt zich eerst op aardgasveld M11. Voor het gasveld M10 heeft Kistos op dit moment nog geen concrete plannen.Gasveld M10 ligt ten westen van gasveld M11. Deze website is gericht op M11.
Om gas te kunnen winnen vanuit aardgasveld M11 moet ten eerste een proefboring worden gedaan om te bepalen of er daadwerkelijk genoeg aardgas gewonnen kan worden uit dit gasveld. Als dit het geval is, zal er een winningsplatform worden geplaatst. Om gas te winnen zijn er extra boringen nodig die worden aangesloten op het winningsplatform. Afhankelijk van de proefboring zal er een nader te bepalen aantal gasputten worden geboord middels een tijdelijk zelf heffend boorplatform. Om het gewonnen gas te kunnen winnen zal deze met een nieuw aan te leggen pjjpleiding naar een bestaande platform worden gebracht waarna die middels bestaande infra structuur aan land zal worden gebracht.
Het uitgangspunt van Kistos is om, in lijn met haar doelstellingen, met de gaswinning uit aardgasveld M11 zo min mogelijk invloed te hebben op de omgeving, waarbij gebruik gemaakt wordt van de best beschikbare technieken. Daarnaast zal Kistos verantwoordelijkheid nemen om de unieke natuur en de bescherming van de natuurwaarden in en rondom het plangebied te waarborgen. Bij de uiteindelijke gaswinning zal, door een innovatief en duurzaam ontwerp van het winningsplatform, vrijwel geen CO2 vrijkomen. Ook in de voorbereidende fase zal Kistos deze CO2-uitstoot zoveel mogelijk proberen te beperken.
Ongeveer 9 kilometer ten zuiden van de geplande locatie van het platform ligt Terschelling. Er zal niet op of onder of vanaf het eiland Terschelling worden geboord. Ten noorden van de beoogde locatie ligt een scheepvaartroute en een aardgastransportleiding. Ten zuiden van de beoogde locatie ligt het Natura2000 gebied. Van alle drie de gebieden wordt een zo groot mogelijke afstand aangehouden.
Figuur II.1. Overzicht omgeving. Rondje markeert plangebied proefboring
Voordat er gas kan worden gewonnen, zal er eerst een proefboring worden gedaan om te bepalen hoeveel gas er in de grond zit en hoe bruikbaar het gas is. Deze put wordt middels een tijdelijke boorplatform geboord. Dit tijdelijke platform wordt drijvend door een sleepboot naar de juiste locatie gebracht. Als het op de locatie is aangekomen worden de poten uitgeschoven totdat het platform stevig op de zeebodem staat en ongeveer 16 meter boven het water uitkomt.
Voor het boren van deze put wordt eerst een grote stalen buis in de zeebodem geplaatst. Dit noemen we een conductor. Binnen deze conductor kan de put veilig geboord worden en blijft de put stabiel. Tijdens het boren maalt een boorkop geleidelijk naar een diepte van ongeveer 3 kilometer. Hierbij wordt een boorspoeling gebruikt om het geboorde gesteente af te voeren. Deze is op waterbasis en wordt niet zoals gebruikelijk bij gasboringen, in de zee gespoeld, maar wordt voor verdere bewerking naar land gebracht. Indien nodig kan gebruik gemaakt worden van een oliehoudende boorspoeling, dat altijd op het land wordt verwerkt. Tussendoor wordt er cement aangebracht op de wanden van de put. Hierdoor kan niets de omliggende aardlagen binnendringen en blijft de put stabiel.
Figuur II.2. Voorbeeld tijdelijk boorplatform. Bron: Upstreamonline.com
Als de boring diep genoeg is en het gasveld heeft bereikt, wordt er een klein beetje gas naar boven gehaald om de put schoon te ‘spoelen’. Aansluitend wordt de put getest. Het gas dat hierbij vrijkomt wordt, zoals gebruikelijk is in dit soort situaties, op het platform verbrand. Dit wordt ook wel fakkelen genoemd. Hierdoor ontstaat een grote vlam van ongeveer 25 meter aan de zijkant van het platform. Bij alle overige putten (de winningsputten) waar niet getest wordt, zal alleen het gas van het schoonspoelen worden verbrand. Het overige gas wordt doorgevoerd naar de pijpleiding voor productie.
Mitigerende maatregelen
Er worden maatregelen genomen om te zorgen dat vogels zo min mogelijk last hebben van deze vlam. Er wordt bijvoorbeeld zoveel mogelijk overdag gefakkeld en altijd overdag gestart om overlast door licht te vermijden. Ook wordt gekozen om bij winningsputten geen fakkeltesten uit te voeren.
Als de proefboring succesvol is, zal worden overgegaan tot gaswinning.
Voor de gaswinning wordt een permanent platform geplaatst. Deze is een stuk kleiner dan het boorplatform. Het zal ongeveer vergelijkbare afmetingen hebben als het Q10-A platform. (Het Q10-A platform is 36 meter hoog en heeft een oppervlak van 25 bij 25 meter). De poten worden door middel van heien in de zeebodem geplaatst. Het platform krijgt minimale voorzieningen, heeft geen helikopter verkeer en werkt volledig automatisch. Er zal dus tijdens normaal bedrijf geen personeel op het platform werken. Het platform zal af en toe per boot bezocht worden voor inspecties en onderhoud.
Het tijdelijke boorplatform ten behoeve van het boren van de winnings putten is wel bemand. De bemanning zal afgewisseld worden met een helikopter. Het platform wordt zodanig geplaatst dat de helikopter aan de noordkant van het platform moet landen. Hierdoor loopt de vliegroute niet over de Waddeneilanden maar met een ruime bocht over de Noordzee.
Mitigerende maatregelen
Het platform krijgt zonnepanelen en windturbines. Hiermee kan het alle benodigde energie zelf opwekken op duurzame wijze. Er komt dus vrijwel geen CO2 uitstoot vrij wanneer het platform in gebruik is.
Figuur II.3. Bestaand Q10-A platform van Kistos. Het nieuwe winningsplatform krijgt een vergelijkbaar uiterlijk.
Het gas wordt verder behandeld op een naburig platform dat beschikt over de juiste voorzieningen en genoeg capaciteit. Hiervoor wordt een gasleiding aangelegd naar een bestaand behandelingsplatform in de omgeving en het gas zal na behandeling, via bestaande pijpleidingen, naar het landelijke gasnet worden vervoerd.
Er zijn meerdere opties die worden bekeken:
- Een verbinding met platform L9 in het noorden (19 km)
- Een verbinding met platform AWG in het oosten (35 km)
- Een verbinding met L15 in het westen (39 km)
De beslissing voor een bestaande platform hangt af van de beschikbare capaciteit van het platform alsmede de afstand. De kortste afstand heeft de voorkeur, de uiteindelijke keuze is mede afhankelijk van de specificatie van het gas in gasveld M11 en of dit past bij het gas op de aanwezige platforms en in de reeds aanwezige leidingen.
De nieuw aan te leggen leiding naar een bestaand platform wordt in de zeebodem ingegraven.
Figuur II.4 Overzicht routes pijpleiding. Oranje = L9, rood=L15 en bruin=AWG
Alternatieven
Een alternatief zou zijn om het gas volledig op het platform te behandelen. Dit vereist een groter platform dat vaker wordt bezocht. Wel kan het gas in dat geval direct worden afgevoerd op de nabijgelegen gastransportleiding, waarbij een gasleiding van 1 kilometer vereist is. Dit alternatief wordt niet verder onderzocht.
Figuur II.5. Verbeelding van de aanleg van een onderzeese gasleiding.
Als het platform is geplaatst en de putten zijn geboord, is alles gereed om gas te winnen. Het gas dat uit de grond komt is dan alleen nog niet klaar om te gebruiken. Het moet eerst behandeld worden. Als het gas uit de put komt, komen er ook vloeibare koolwaterstoffen en water mee naar boven. Om het winningsplatform klein en zelfvoorzienend te houden, zal het gas niet ter plaatse worden behandeld.
Het winningsplatform werkt volledig automatisch en hoeft dus niet permanent bemand te worden. Het platform krijgt dan ook geen helikopterdek. Het platform zal af en toe per boot bezocht worden voor inspecties en onderhoud.
Mitigerende maatregelen
Het tijdelijke boorplatform is wel bemand. De bemanning zal afgewisseld worden met een helikopter. Het platform wordt zodanig geplaatst dat de helikopter aan de noordkant van het platform moet landen. Hierdoor loopt de vliegroute niet over de Waddeneilanden maar met een ruime bocht over de Noordzee.
De werkzaamheden voor de proefboring kunnen pas beginnen als alle vergunningen en toestemmingen zijn verleend. Als de proefboring daarna succesvol is, zal gestart kunnen worden met de werkzaamheden om de uiteindelijke winning voor te bereiden. Een proefboring duurt circa 3 maanden.
Op dit moment is de verwachting dat in 2025 gestart kan worden met de werkzaamheden ten behoeve van de winning. Onderdeel hiervan is het doorlopen van een uitgebreide vergunningstraject voor het verkrijgen van een winningsvergunning. Hiervoor zal een uitgebreide Milieu Effect Rapportage (M.E.R.) worden opgesteld, door een onafhankelijk bureau, waarin alle verschillende aspecten van het milieu zullen worden onderzocht en beschreven.
De constructie van het winningsplatform zal minimaal een jaar duren en de installatie vergt enkele dagen. Het boren van een winningsput kan pas uitgevoerd worden nadat het winningsplatform is geplaatst en dit boren duurt ongeveer anderhalve tot twee maanden per put. Het aantal benodigde putten kan pas in latere stadium worden bepaald nadat de resultaten van de proefboring zijn geëvalueerd.
Hoe lang er gas gewonnen kan worden hangt af van een aantal factoren, bijvoorbeeld hoeveel gas er aanwezig is en wat de eigenschappen zijn van het veld. Uitgangspunt is dat winning in ieder geval nodig zal zijn totdat Nederland genoeg duurzame energie kan opwekken om volledig over te kunnen schakelen naar duurzame energie, naar verwachting kan dit nog 15 tot 20 jaar duren.